“Uiteraard was ik ook liever algemeen kampioen geworden”, is Christoff Corten eerlijk na de finish van de finale van het Belcar Endurance Championship in het Noord-Nederlandse Assen. “Maar ik ben enorm trots op het voorbije seizoen, met een titel in een zware klasse, een zege in de 24 Uur van Zolder en de titel van vicekampioen in het Belcar Endurance Championship als resultaat hier vandaag op de slotavond van het seizoen. Ergens is er een gevoel van wat als… maar laat ons zeggen dat we volgend jaar nu weten waarom we racen, ik wil absoluut die titel.”
Voor Christoff Corten, Stienes Longin en Bert Longin werd de finale dus een anticlimax na een schitterend seizoen. De Norma M20FC, die zo betrouwbaar was, gaf dan toch een krimp en een probleem aan de achterophanging van de Franse prototype maakte een einde aan de titelstrijd in Assen.
Vooraf was geweten dat het niet makkelijk zou worden voor Christoff Corten, Stienes Longin en Bert Longin in de Norma M20FC in de kleuren van Maes Containers. Maar het drietal uit Leuven geeft nooit op voor de vlag gevallen is en met die instelling begonnen ze aan het weekend in het Noord-Nederlandse Assen. De auto stond na de kwalificaties mee vooraan en dus moest nog alles gespeeld worden.
Christoff Corten: “Wij waren erg gemotiveerd, ondanks de moeilijke uitgangspositie. We zouden alles geven en dan wel zien na de race, waar we gestrand zouden zijn. Stienes nam een goed start, ging mee voor de zege tot een probleem met de achterophanging een lange pitstop vereiste. Meteen waren de kansen op de titel weg en was het zeker dat we vicekampioen zouden worden. Ik hou eraan om mijn teamgenoten, Bert en Stienes te bedanken, maar ook Norma, het team Krafft Racing en de mensen van Maes Containers die allemaal samen dit seizoen hebben mogelijk gemaakt. Ik ben trots op wat we bereikt hebben, met de zege in de 24 Uur van Zolder uiteraard als hoogtepunt. Ik kan daar niet veel meer aan toevoegen, want hier valt het doek over het Belcar Endurance Championship 2019. Meer dan, afspraak volgend seizoen, hoeft er niet meer gezegd te worden.”